Begeleide terugkeer vreemdelingen verloopt doorgaans goed

De Inspectie Justitie en Veiligheid (Inspectie JenV) oordeelt dat de begeleide terugkeer van vreemdelingen ook in 2022 in het algemeen goed is verlopen. Net als in voorgaande jaren tekent ze daarbij wel aan dat de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V) samen met de andere betrokken organisaties aandacht moet blijven houden voor het goed delen van informatie over terugkerende vreemdelingen. 

Vorig jaar zijn in 469 gevallen vreemdelingen begeleid bij hun vrijwillig of gedwongen vertrek uit Nederland. Per geval kan het om één vreemdeling gaan of om een gezin. De Inspectie JenV heeft vorig jaar 20 keer (een deel van) het vertrekproces geïnspecteerd. 

Bij vrijwillig vertrek of uitzetting zijn diverse organisaties betrokken. Bij vrijwillig vertrek kan de DT&V de vreemdelingen begeleiden, bij uitzettingen is dat de Koninklijke Marechaussee (KMar). De Dienst Vervoer & Ondersteuning (DV&O) regelt het vervoer van de vreemdelingen vanuit hun verblijfslocatie tot aan Schiphol. 
Het onderling delen van informatie over de gezondheid en de bagage van vreemdelingen is vorig jaar verbeterd, vergeleken met 2021. Maar kan nog beter vindt de Inspectie JenV. 

Weliswaar leidde het ontbreken van gegevens in 2022 niet tot problemen, er bestaat in algemene zin het risico dat een uitzetting niet goed verloopt als informatie over vreemdelingen onvolledig is. Als er bijvoorbeeld een medisch noodgeval ontstaat, kunnen begeleiders mogelijk niet correct handelen omdat essentiële informatie ontbreekt. 

DV&O heeft vorig jaar minder vaak gebruik gemaakt van hulpmiddelen zoals handboeien; in 24 procent van de 469 gevallen. In 2021 zijn 260 keer vreemdelingen werden uitgezet en gebruikte DV&O in 60 procent van de gevallen hulpmiddelen. De KMar gebruikte hulpmiddelen vorig jaar juist vaker; in 15 procent van de gevallen tegen 5 procent in 2021.
 

Passagiers met bagage lopen door de slurf op een vliegveld. Door een rond raam is een verkeerstoren te zien.
Beeld: ©Rijksmediatheek / Bart Maat