Digitale inspecties door Track & Trace

Telers moeten werken met het zogenaamde Track & Trace-systeem. Zij moeten bijvoorbeeld registreren hoeveel ze produceren en bij wie ze de producten afzetten. Deze afzet kan uitsluitend plaatsvinden bij de ongeveer 80 coffeeshops in de 10 gemeenten die aan het experiment meedoen. Het Track & Trace systeem bevat daardoor veel actuele informatie over de stand van zaken bij een teler en over zaken die mogelijk wijzen op overtreding van de regels.

Bij de coffeeshops controleert de Inspectie JenV met name, samen met toezichthouders van de gemeenten, of de daar aanwezige handelsvoorraad uitsluitend afkomstig is van de binnen het experiment aangewezen telers. Ook controleert de Inspectie JenV of afvalvernietiging en retourzendingen (op verantwoordelijkheid van de coffeeshophouder) met beveiligd vervoer plaatsvinden. Ook de coffeeshops registreren in Track & Trace wat er met hun handelsvoorraad gebeurt. Daarnaast is de Inspectie JenV bevoegd om zowel bij de telers als coffeeshops de administratie in te zien. Denk bijvoorbeeld aan de check van bewijzen van ontvangst. Bevindingen uit digitale inspecties kunnen leiden tot (extra) fysieke inspecties.