Veerkracht en weerbaarheid binnen JenV-ketens nader bezien
Willen de ketens binnen Justitie en Veiligheid opgewassen zijn tegen crises, verstoringen en grote incidenten, dan moeten zij veerkrachtig en weerbaar zijn. Voor veerkracht en weerbaarheid zijn goed toegerust personeel, adequate informatie-inwinning, ketensamenwerking en lerend vermogen cruciaal. Op die terreinen is er veel te winnen. Dat stelt de Inspectie Justitie en Veiligheid (Inspectie JenV) in de analyse ‘Bij nadere inspectie’ waarin ze op een rij zette hoe justitiële uitvoeringsorganisaties met crises omgaan.
Veerkracht en weerbaarheid zijn eigenschappen die ketens in staat stellen hun werk ook in crisistijd zo goed mogelijk te doen. Veerkrachtige en weerbare ketens hebben de juiste middelen en vermogens in huis, anticiperen op naderende crises en reflecteren na afloop van een crisis op wat er wel en niet goed ging. Indien nodig, passen zij zich daarop aan om zo volgende crises of verstoringen nog beter te kunnen trotseren.
In ‘Bij nadere inspectie’ keek de Inspectie JenV specifiek hoe organisaties handelden vóór, tijdens en na afloop van crises. Voor haar analyse combineerde zij diverse wetenschappelijke inzichten tot een kader en legde dat naast vijftig van haar eigen rapporten uit de afgelopen tien jaar. Daaruit kwam naar voren dat tal van hardnekkige uitvoeringsproblemen veerkrachtig en weerbaar handelen in de weg staan.
Inspecteur-generaal Henk Korvinus: “Belangrijk is de bril waarmee we naar organisaties kijken. Ketens en organisaties moeten niet alleen maar kosten-efficiënt ingericht zijn: ze moeten juist vermogens en hulpbronnen ‘op de plank hebben liggen’. Ze moeten verliezen kunnen lijden, zaken wat kunnen uitstellen, om zich te herpakken of aan te passen om zo weer op de rails te kunnen komen. Dat is belangrijk, ook voor de politieke, beleidsmatige en maatschappelijke verwachtingen op dit vlak. Zodat hun effect voor de burger optimaal is.”
Met haar analyse biedt de Inspectie JenV inzicht in factoren die met elkaar leiden tot veerkracht en weerbaarheid en in de knelpunten die er momenteel bestaan. Deze zijn niet alleen relevant voor de ketens die aangrijpingspunten krijgen om problemen op te sporen en aan te pakken. Ook de Inspectie zelf gebruikt de inzichten om toezicht en aanbevelingen op maat te snijden. Tot slot biedt het inzichten voor beleid, politiek en publiek.
Om weerbaar te zijn is voldoende en goed getraind personeel onmisbaar als het gaat om het opvangen van crises. Bijna over de gehele linie zijn er echter binnen het JenV-domein (gevangeniswezen, politie, jeugdzorg, etc) personeelstekorten. Een tekort kan leiden tot meer incidenten op de werkvloer. Ook zorgt het voor een grotere werkdruk voor het overgebleven personeel, met soms tot meer verzuim en uitstroom van kennis tot gevolg. Zo versterkt het probleem zichzelf.
Personeel moet niet alleen goed getraind zijn, maar ook over de juiste informatie beschikken. Of het nu om een ramp, patiënt of incident gaat, alleen met een actueel en volledig beeld van de situatie kunnen de juiste beslissingen worden genomen. De kwaliteit van informatie, de registratie en het onderling met ketenpartners delen hiervan zijn al jaren terugkerende aandachtspunten in inspectierapporten. Voorbeelden hiervan zijn de continuïteit van meldkamers of het terugkeerproces van vreemdelingen.
Willen de ketens weerbaar zijn, dan moeten ze ook goed met elkaar samenwerken tijdens crises. Terugkijkend naar de afgelopen tien jaar ziet de Inspectie JenV ook hier voldoende aanknopingspunten voor verbetering. Zo ontbreekt soms een gedeelde visie en of worden samenwerkingsafspraken met partners niet nageleefd.
Tot slot moet leren een vast onderdeel worden, willen organisaties en ketens veerkrachtig en weerbaar blijven. Alleen door leerpunten te benoemen en verbeteringen door te voeren kunnen zij bijsturen en de kans op toekomstige crises zo klein mogelijk houden. Er wordt over de gehele linie wel geëvalueerd. Alleen worden vaak niet de dieperliggende problemen besproken en daarmee aangepakt.
Deze analyse staat niet op zichzelf, maar is de eerste van een reeks. De volgende ‘Bij nadere inspectie’ zal gaan over het burgerperspectief; dus de mate waarin organisaties en ketens voor ogen houden wat het effect van hun handelen is op burgers.